Vijf tips om je aanpak te verbeteren
Vroegsignalering 1 jaar later: een terugblik
Op 20 december keken ongeveer 50 deelnemers tijdens een NVVK-bijeenkomst terug op het eerste jaar waarin vroegsignalering van schulden wettelijk verplicht was. Waar staan we en wat kan er nog beter?
Bij de bijeenkomst gaf Ellen Hennekens, beleidsadviseur Vroegsignalering bij de NVVK, een overzicht van de stand van zaken in het ondertekenplatform. Ze benoemde ook enkele knelpunten die onderwerp van gesprek zijn met de relevante koepels.
Stand van zaken
Er is in het hele land hard gewerkt aan de opstart van vroegsignalering. Via het ondertekenplatform zijn al bijna 12.000 volledig getekende overeenkomsten tot stand gekomen. 92% van alle gemeenten doet mee aan het ondertekenplatform; meestal hebben ze het overgrote deel van de overeenkomsten getekend. Ook veel signaalpartners zijn aangesloten, waaronder alle waterbedrijven, de zorgverzekeraars en de grootste energiebedrijven.
Bij de verhuurders is er nog werk aan de winkel. De verhuursector is breed aangesproken, waardoor ook vastgoedbeheerders en incassobedrijven die voor verhuurders werken zich nu melden (in opdracht van de verhuurders). In totaal zijn er al bijna 200 verhuurpartijen aangesloten, en dat aantal loopt gestaag op.
Daarom blijft het ondertekenportaal ook in 2022 nog in de lucht en wordt er nagedacht over hoe aanmelden voor vroegsignalering daarna vorm kan krijgen. Er zullen namelijk altijd nieuwe signaalpartners bij blijven komen.
Samen verantwoordelijk
Divosa, VNG en de NVVK ondersteunen samen vroegsignalering, waarbij de NVVK zich richt op de samenwerking met schuldeisers, het ondertekenportaal en de openbare community. De drie partijen overleggen regelmatig en kijken naar verbetermogelijkheden. Zo verscheen in november een Handreiking van de AP over het omgaan met persoonsgegevens. Daarin staat dat signaalpartners en gemeenten samen verantwoordelijk zijn voor proportionaliteit.
Die gedeelde verantwoordelijkheid geldt ook voor de kwaliteit van de aangeleverde signalen. De koepels van signaalpartners hebben naar aanleiding hiervan toegezegd om geconstateerde problemen met hun leden te bespreken om zo samen te leren en te verbeteren. Om het aanleveren van signalen met heel lage bedragen te voorkomen, wordt onderzocht of de branches zélf tot een drempelbedrag kunnen komen voor aanlevering. Al afgesproken is dat signaalpartners enkel in overleg met gemeenten mogen afwijken van het gebruikelijke aanlevermoment (voor de 25e van de maand).
Wat als eerste verbeteren?
Een ander knelpunt is de constatering dat afsluitsignalen nu meestal nog op andere manieren binnenkomen dan via Inforing of RIS. De aanwezige gemeenten willen die graag ook via het portaal krijgen (wat overeenkomt met de respons op een uitgezette enquête). Ze vinden optimaliseren van de effectiviteit van vroegsignalering echter de belangrijkste kwestie om als eerste aan te pakken. Daarna komt het toevoegen van afsluitsignalen in het portaal en de volledigheid van de signalen.
Betere samenwerking
Verhalen uit de praktijk laten zien dat de wettelijke vroegsignalering onderdeel kan zijn van een brede en vruchtbare samenwerking om geldproblemen van inwoners voorkomen of op te lossen. Het Landelijk Convenant Vroegsignalering vergemakkelijkt de samenwerking tussen signaalpartners en gemeenten. Bierens: ‘Vroeger moesten we op zoek gaan naar een ingang bij gemeenten, nu hebben we overal een contactpersoon. Daarom zijn we zo blij met het convenant.’
Tips voor gemeenten om vroegsignalering te (helpen) verbeteren
- Onderteken alle aangeboden overeenkomsten van verhuurders, eventueel na een controle of een verhuurder wel actief is in je gemeente.
- Behandel alle signalen gelijkwaardig en volg ze allemaal – op een passende manier - op, ook bij lagere bedragen van bijvoorbeeld een waterbedrijf.
- We zoeken voor de Vroegsignalering-klankbordgroep gemeenten die nog niet zo lang bezig zijn met vroegsignalering . Stuur daarvoor een korte motivatie naar j.vanscharenburg@nvvk.nl.
- Meld het aan de NVVK als je problemen ervaart met kwaliteit en volledigheid van signalen van landelijke partners. Ga eerst zelf met lokale partners in gesprek en trek pas aan de bel bij de NVVK als je er niet uitkomt.
Bij de bijeenkomst kwamen ook 2 voorbeelden van vroegsignalering in de praktijk aan de orde, zie daarvoor het bericht Effectief vroegsignaleren met beperkte middelen, zo doe je dat. Of bekijk de opname van de hele bijeenkomst Vroegsignalering 1 jaar later of de presentaties.