Overslaan en naar de inhoud gaan

Meer aandacht voor Noodstop, einde aan preferente positie overheidsschuldeisers

Ons 11-puntenplan voor een socialere overheidsincasso

Meer aandacht voor Noodstop, einde aan preferente positie overheidsschuldeisers

28 februari 2022

Op donderdag 17 maart heeft de Tweede Kamer voor het eerst een Algemeen Overleg met de nieuwe minister voor Armoedebeleid, Participatie en Pensioenen, Carola Schouten. Het incassobeleid van de overheid is onderwerp van gesprek. Hier lees je onze adviezen om de overheidsincasso socialer te maken.

We markeren in een brief aan de Tweede Kamerleden die deel uitmaken van de Commissie Armoede en Schulden 11 punten die wat ons betreft aandacht vragen.

Geacht Kamerlid,

Enige tijd geleden ontving u het eindrapport ‘Ophogingen’ van bureau Panteia, dat tot stand kwam op verzoek van u als Kamer. Het rapport schetst de impact van incassokosten op het ontstaan van problematische schulden. Op 17 maart 2022 staat dit rapport op de agenda van het Algemeen Overleg Armoede en Schulden. Wij geven hieronder de reactie van de NVVK op het rapport. Dat doen wij in 11 actiepunten voor een socialere overheidsincasso en een effectievere aanpak van schulden.

Het rapport van Panteia becijfert dat overheidspartijen gemiddeld 29% van de schuldenlast van burgers met problematische schulden voor hun rekening nemen. Ophogingen van die schulden (vanwege incassokosten en boetes) kunnen burgers flink in de problemen brengen. Als wanbetalers een vordering vanwege hun financiële situatie of gebrek aan doenvermogen niet kunnen betalen, werken ophogingen averechts. Het CJIB introduceerde daarom de Noodstopprocedure: een burger kan de invordering opschorten en in gesprek gaan met het CJIB. Als de burger hulp vraagt van een schuldhulpverlener, wordt de opschorting verlengd. Het rapport noemt de CJIB-procedure een goede maatregel om ophogingen te voorkomen of kwijt te schelden.

De NVVK waardeert het dat de overheid - ook in het nieuwe regeerakkoord - problematische schulden hoog op de agenda heeft gezet en er veel aan doet om het eigen incassobeleid socialer in te richten. Het ‘Een Overheidsconvenant’, dat wij in 2020 sloten met zes grote overheidsschuldeisers, zien wij als een kroon op onze samenwerking. Toch laat het rapport van Panteia zien dat er nog ruimte is voor verbetering. Wij delen die waarneming.

De overheid heeft de rol van schuldeiser, van financieel vangnet en hulpverlener én van regelgever. De NVVK verzoekt uw Kamer om vanuit dat perspectief met onze 11 actiepunten aan de slag te gaan.

Echte mensen met echte problemen vragen bij invorderingsprocessen om een andere aanpak dan (grote) ondernemingen. Wij zien nog te veel dat regels betreffende invordering, executie, preferentie en bejegening identiek zijn voor zowel bedrijven als individuen. Ons appèl is: behandel iedereen gelijkwaardig, maar behandel niet iedereen gelijk. Creëer ruimte voor maatwerk en besef dat wanneer de overheid incasseert bij gezinnen, die invordering anders uitpakt dan bij grote bedrijven.

Actiepunten voor de overheid als schuldeiser

De NVVK zet zich er voor in om sneller schuldenrust te creëren voor mensen met schulden. Hierin werken wij samen met verschillende partijen, zoals het CJIB. Wij vragen de Kamer ons te ondersteunen bij het realiseren van de volgende actiepunten:

1. Laat de Noodstopprocedure van het CJIB gelden voor alle overheidspartijen. Een schuldenaar die bij het CJIB een Noodstop aanvraagt moet die ook bij andere overheidsorganisaties krijgen.

2. Maak de Noodstopprocedure beter toegankelijk voor hulpverleners. De introductie van de Noodstop is beperkt gecommuniceerd. In de praktijk blijkt hij alleen te worden gebruikt door zelfredzame burgers. Geef alle (geregistreerde) financiële hulpverleners de mogelijkheid de Noodstop te activeren voor kwetsbare cliënten. Breng de Noodstop met een informatie- campagne onder de aandacht van hulpverleners.

Overige actiepunten voor de overheid als schuldeiser zijn:

3. Laat de overheid richting de burger optreden als één partij en als één overheidsincassant. Dat moet wat ons betreft in ieder geval gelden voor de zeven overheidsschuldeisers (UWV, Belastingdienst, DUO, LBIO, SVB, CAK, CJIB), met de mogelijkheid voor gemeenten en waterschappen om aan te sluiten. Roep deze partijen op om zo snel mogelijk aan te sluiten op het Schuldenknooppunt, om schuldregelen te versnellen. Het Schuldenknooppunt bespaart het overheidsapparaat bovendien heel veel administratieve kosten.

4. Geef overheidsschuldeisers de bevoegdheid om onderling informatie over openstaande vorderingen te delen. Die bevoegdheid kunnen ze bijvoorbeeld gebruiken om bij een tweede herinnering eerst bij andere overheidspartijen te informeren of de burger daar ook bekend is en of ophogen wel zin heeft.

5. Reken geen exorbitante kosten voor invordering aan mensen die dat niet kunnen betalen. Heeft iemand een beroep gedaan op de Noodstopprocedure? Breng de vordering dan terug naar de oorspronkelijke vordering zonder kosten en rente. Pas wetgeving aan om dat mogelijk te maken. Private partijen mogen hun vorderingen met maximaal 15% verhogen, terwijl de overheid zichzelf de ruimte geeft om tot wel 300% te verhogen (!), bijvoorbeeld in het geval van een verkeersboete.

6. Schaf de voorrangspositie van de overheid ten opzichte van andere schuldeisers definitief af. De Belastingdienst ziet op dit moment in sommige gevallen tijdelijk af van haar preferente positie. Zet dat om in een definitieve regeling en breid die uit naar de andere overheidsschuldeisers. De huidige voorrangspositie tast de rechten van andere schuldeisers aan en vermindert hun bereidheid mee te werken aan schuldregelingen. Private schuldeisers dragen bij aan het oplossen van schulden door het grootste deel van hun vordering kwijt te schelden. Waardeer die bereidheid door hen als gelijke te behandelen.

Toeslagen veroorzaken schulden

Uit het rapport ‘Ophogingen’ van Panteia blijkt ook dat 81% van de schuldenaren een schuld bij de Belastingdienst heeft. De NVVK weet dat het bij de helft daarvan om toeslagenschulden gaat. De toeslagen zijn bedoeld als inkomensreparatie, maar in de praktijk veroorzaken ze schulden bij kwetsbare groepen. De toeslagenaffaire laat zien dat er vervolgens grote problemen kunnen ontstaan.

In het regeerakkoord is de ambitie opgenomen om het toeslagenstelsel af te schaffen. De eerste stappen zijn hiervoor aangekondigd. Uiteraard zijn we daar heel blij mee. Wij pleiten voor een snelle overgang naar een minder ingewikkeld stelsel dat kwetsbare mensen beschermt.

Actiepunten voor de overheid als financieel vangnet/hulpverlener

7. Maak de ambitie waar om uit eigen beweging de financiële positie van (kwetsbare) burgers te beschermen. Ken regelingen en inkomensondersteuning toe zonder dat de burger zelf het initiatief moet nemen om ze aan te vragen. 30% van de burgers doet nu geen beroep op voorzieningen waar ze recht op hebben. Denk aan AIO/IOAW (aanvulling AOW en WW tot bijstandsniveau), kinderbijslag, kindregelingen en het kindgebonden budget. Maar ook op lokaal niveau zijn systemen noodgedwongen ingericht op eigen initiatief terwijl behoefte én doelgroep grotendeels al bekend zijn. Minister Schouten heeft onlangs al een pilot aangekondigd voor de AIO-regeling. Het zou goed als er ook pilots starten met de andere regelingen.

8. Streef naar één schuldhulpverleningstraject zonder overgangen tussen bewind, minnelijke schuldsanering en de Wsnp. Voor burgers maakt het niet uit in welk traject ze zitten, maar elke overgang vormt weer een drempel met risico op uitval. Geef burgers de mogelijkheid om een hulpverlener te behouden ongeacht de gekozen route.

Ten slotte blijkt uit het rapport van Panteia dat private schuldeisers gemiddeld 71% van de schuldenlast opeisen bij mensen met problematische schulden. Dat betekent dat het belangrijk is dat de overheid ophogingen van invorderingen van die groep schuldeisers beperkt.

Actiepunten voor de overheid als regelgever

9. Beperk verhogingen en stapeling van rente- en incassokosten. Introduceer het recht op een betalingsregeling voor mensen die begeleiding hebben van een professionele financiële hulpverlener. Deze betalingsregeling moet gebaseerd zijn op het reële betaalvermogen van de betrokkene.

10. Beloon de schuldeiser die de meeste kosten in rekening brengt niet langer. Ten opzichte van de overige schuldeisers krijgen zij nu in een schuldregeling een groter deel van de beschikbare afloscapaciteit. Dat is een beloning voor destructief gedrag. Beloon liever een sociaal incasso- beleid en doorstroming naar professionele financiële hulp.

11. Creëer een ‘omgekeerd dwangakkoord’. Verplicht schuldeisers mee te werken aan schuldregelingen, tenzij er dringende omstandigheden aangetoond kunnen worden die dit in de weg staan. De huidige dwangakkoord-procedure is tijdrovend. De uitkomst pakt in meer dan 80% van de gevallen positief uit voor de burger. Introduceer daarom een ‘meewerkverplichting- tenzij’, gecombineerd met een verplichte reactietermijn. Dat maakt een einde aan de situatie dat in een schuldenpakket goedwillende schuldeisers ‘gegijzeld’ worden door traag reagerende en weigerachtige schuldeisers.

De NVVK hoopt dat de Tweede Kamer zich schaart achter deze constructieve voorstellen om het ontstaan en het onnodig oplopen van schulden zo veel mogelijk te voorkomen. En om burgers waar nodig eenvoudige toegang te geven tot hulp om schulden op te lossen.

Wij gaan graag met u in gesprek om deze actiepunten nader toe te lichten.

Met vriendelijke groet,

Marco Florijn,

voorzitter NVVK