Goede gespreksbasis, belang van onderling contact is groot
De intentieverklaring 'Samen schuldregelingen redden', heeft die gewerkt?
Op het hoogtepunt van de energiecrisis, eind 2022, ondertekenden 27 organisaties van schuldeisers en schuldhulpverleners samen met minister Schouten van Armoedebeleid een intentieverklaring. Daarmee wilden we voorkomen dat hulpvragers door de hoge inflatie en stijgende energiekosten hun schuldregeling niet vol zouden kunnen houden. Nu, bijna een jaar later, blikken we terug op het effect.
Terwijl de energiecrisis in volle hevigheid woedde, werkte minister Schouten van Armoedebeleid nog hard aan maatregelen (de energietoeslag bestond bijvoorbeeld nog niet). Juist in die hectische tijd was er ‘iets’ nodig om mensen in of op weg naar schuldregelingen te kunnen helpen. Dat werd de intentieverklaring.
Tekst van de intentieverklaring
Omdat we benieuwd waren naar de impact van dit middel voerden we er de afgelopen tijd panelgesprekken over met schuldeisers en schuldhulpverleners. In een enquête vroegen we naar de ervaringen van professionals rond schuldregelingen en energietarieven.
Hoe het begon
De NVVK kreeg eind 2022 veel signalen van hulpvragers, leden en schuldeisers dat lopende schuldregelingen onder druk stonden. Samen met het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid en andere organisatie stelden we de intentieverklaring op en creëerden we een basis voor een gezamenlijk gesprek over lopende regelingen.
Minister Schouten tekent
Dit was de bedoeling
De intentieverklaring was vooral een ijsbreker en gesprekstarter, die het schuldhulpverleners makkelijker maakte om niet (meer) sluitende maandbegrotingen met schuldeisers te bespreken. Lopende afspraken moesten meer dan eens worden bijgesteld. Op hun beurt hadden schuldeisers met de intentieverklaring een basis om het gesprek met gemeenten aan te gaan over lopende verplichtingen en het belang van het onderhouden van contact. Kortom, van beide kanten wist men dat schuldregelingen onderwerp van gesprek konden zijn.
Steunmaatregelen in de maak
De intentieverklaring bevatte dus vooral afspraken om met elkaar in gesprek te komen. Er stond nauwelijks nieuw beleid in. Op verschillende ministeries werden al maatregelen ontwikkeld. Denk aan de energietoeslag, het Noodfonds energie en dergelijke.
Wel nieuw was dat de toegang tot het Waarborgfonds saneringskredieten tijdelijk werd uitgebreid voor mensen met energie-betalingsproblemen. Daar werd in praktijk echter weinig gebruik van gemaakt. De gemeenten geven ons aan dat er op lokaal niveau veel fondsen, potjes en regelingen zijn die tot eenzelfde oplossing leiden als waarin het Waarborgfonds probeerde te voorzien.
Uit onze enquête blijkt dat 80% van de professionals wel op de hoogte was van de tijdelijke extra mogelijkheden van het Waarborgfonds.
Ontwikkelingen stonden niet stil
Tijdens de looptijd van de intentieverklaring is ‘bestaanszekerheid’ een belangrijke politieke term geworden. De looptijd van schuldregelingen werd sterk verkort met de halvering van Msnp en Wsnp. We werken inmiddels aan de introductie van basisdienstverlening, zodat onderlinge verschillen in het hulpaanbod van gemeenten afnemen.
Hulpverleners en schuldeisers hebben ook zorgen over elkaars aanpak. Tegelijk is iedereen het er over eens dat de Intentieverklaring ons dichter bij elkaar heeft gebracht.
Vaker intentieverklaringen inzetten?
Vraagt iedere crisis een eigen intentieverklaring? Veel respondenten in de enquête geven aan dat ze er wel blij mee waren . Met de panelleden spraken we hierover door. We hoorden vaak terug dat de intentieverklaring een gewaardeerde basis was om het gesprek tussen schuldhulpverleners en schuldeisers te stimuleren.
We leren ervan dat we juist dat aspect ook nadrukkelijk gaan opnemen in nieuwe convenanten met schuldeisers. Vanuit zowel schuldhulpverleners als schuldeisers wordt het onderlinge contact gewaardeerd.
Wens: landelijk Noodfonds
De extra toegang tot het Waarborgfonds is weinig gebruikt. Dat de mogelijkheid er was, werd door de panelleden wel gewaardeerd. Tijdens de energiecrisis zijn er veel lokale mogelijkheden voor steun ontstaan. Toch blijft het dan erg uitmaken waar je woont of geholpen wordt. Je gemeente moet maar net een regeling hebben en jouw professional moet die lokale regeling wel kennen. Daarom leeft de wens om nu een stevige basis neer te leggen voor een landelijk noodfonds dat lokale initiatieven op den duur overbodig maakt. We streven, juist ook in een situatie van crisis, naar meer uniforme uitvoering en (nood)hulp. Deze wens van de schuldhulpverleners blijft overeind staan.