Terugblik in het jubileumjaar: de laatste decennia
'Schulden zijn de zichtbare kant van onderwater-problemen'
Het verhaal van NVVK-lid Maatschappelijke Dienstverlening Flevoland (MDF) laat in een notendop zien welke beweging schuldhulp en dus ook de NVVK de afgelopen decennia doormaakten. Van ‘ze willen ook niets’ tot begrip voor stress. Van curatief naar preventief. En van hokjesdenken naar integrale samenwerking.
Tot 2000 was MDF de organisatie voor maatschappelijk en sociaal raadsliedenwerk. Toen kwam het Centraal Budgetteringsinstituut (CBI) erbij. Daar solliciteerde Cynthia Hoogveld in 2005 als budgetconsulent. ‘De naam CBI was al vrij drempelverhogend, en het gebouw waar ze zaten helemaal: op een achterafplek, met tralies voor de ramen. Het voelde als het gootje van Lelystad. Inmiddels zit heel MDF gelukkig in een uitnodigender gebouw centraal in de stad.’
Cynthia Hoogveld
'Schulden heb je aan jezelf te danken'
In het begin werkte het CBI nog niet veel samen met de andere MDF-onderdelen. Soms met de toenmalige Wsnp-afdeling, of de sociaal raadslieden voor inkomensreparatie. En heel af en toe met een maatschappelijk werker, bij een vermoeden dat er meer speelde. ‘We werkten vooral curatief’, zegt Hoogveld. ‘Bijna alleen voor mensen die al lang van een uitkering moesten rondkomen. We kwamen in actie als er geldproblemen ontstonden omdat de stofzuiger kapotging bijvoorbeeld. Het motto in de maatschappij was: schulden heb je aan jezelf te danken.’
De noodzaak van budgetbeheer
Rond 2006 kwamen er opeens klanten in beeld die schulden hadden overgehouden aan beleggen met geleend geld. ‘Mensen met een uitkering hoef je niet uit te leggen hoe je met weinig geld moet rondkomen’, zegt Hoogveld. ‘Maar deze groep was een hogere levensstandaard gewend. Voor hen was budgetbeheer echt noodzakelijk om überhaupt een schuldregeling van de grond te krijgen. Je vraagt mensen in een keer hun gedrag te veranderen.’
Zelfredzaam maken
Toen in 2013 beschermingsbewind werd ontwikkeld liep dat direct vol. Volgens Hoogveld begint dat nu te stabiliseren. ‘Schuldenbewinden zijn er nu alleen voor de mensen die dat echt nodig hebben. En tegen de tijd dat iemand gaat uitstromen leren we ze de vaardigheden om het weer zelf te gaan doen. Lelystad geeft daar trainingen voor, zelfs ook voor klanten van andere bewindvoerderskantoren.’
Ook lopen er lijntjes tussen bewind en schuldhulpverlening. Bewindvoerders weten welke stukken aangeleverd moeten worden voor een schuldregeling. De klant kan het financiële stuk even loslaten en zich richten op de andere problemen. ‘Op het moment dat ze klaar zijn om het over te nemen, ben je al een heel eind met je schuldregeling. Als je mensen zomaar loslaat, zijn ze zo handelingsverlegen geworden, dan is het wachten tot ze terugkomen. Maar met begeleiding kan een deel van de mensen het misschien wel zelf.’
Polikliniek voor financiële hulp
Toen MDF steeds integraler ging werken, ontstond in 2009 het idee van een soort polikliniek. Wie zich meldde met geldproblemen kreeg direct een gesprek met een maatschappelijk werker en een sociaal raadsvrouw. Aan het eind van de ochtend was duidelijk wat er bij iemand allemaal speelde. Dan werd de klant gevraagd wat het urgentst was. Dat bleek niet altijd een schuldregeling te zijn. Meestal konden klanten goed bepalen wat ze als eerste wilden aanpakken. Soms was dat volgens Hoogveld nog wel lastig. ‘We hadden nog geen moratorium. Bij een dreigende afsluiting of boedelinname moest je soms wel iets doordrukken wat voor de klant eigenlijk te snel ging.’
Hoogveld is anders naar haar rol als hulpverlener gaan kijken. ‘Als ik vroeger voor het eerste gesprek het aanmeldsetje invulde wist ik voor mezelf: dit is de oplossing voor deze klant. Maar gaandeweg bleek dat ik de klanten helemaal niet meekreeg. Collega’s zeiden over mensen met schulden: 'ze willen ook niks'. We wisten gewoon dat een deel van de mensen zou uitvallen op weg naar de Wsnp. Als ze tweemaal niet op een afspraak verschenen kregen ze een brief: 'de volgende keer ben je er, anders sluit ik het dossier.'
'Klanten haakten niet meer af'
Maar de nieuwe schuldenwet in 2021 bepaalde dat je mensen niet meer mocht loslaten. 'Als iemand niet thuis geeft, gaat een maatschappelijk werker vragen waarom iemand niet op de afspraak is gekomen. Het is mooi dat we met de polikliniek al hebben ervaren wat nu wetenschappelijk onderbouwd is: als je anders omgaat met mensen met schulden krijg je betere uitkomsten. Klanten haakten niet meer af. Het gevolg was wel dat mijn caseload als schuldhulpverlener volliep.’
Maatwerk en samenwerking
In 2018 maakte Hoogveld de overstap naar de functie van manager Sociaal werk. ‘Toen ik dit jaar terugkwam als manager Schuldhulpverlening zag ik dat de preventiemaatregelen zoals het financieel spreekuur en vroegsignalering echt zijn gaan werken. We bereiken een doelgroep die we vroeger niet zagen. Ik zie ook een verschuiving van het curatieve naar het preventieve. Onze afdeling budgetbeheer is doorontwikkeld en biedt begeleiding op maat. Het lijkt op beschermingsbewind, alleen blijven klanten wel zelf verantwoordelijk. Ze moeten zelf de post doornemen en meekijken wat er gebeurt. We zetten budgetbeheer nu ook in om statushouders financieel te ontzorgen.’
Soms verwijst MDF door naar andere partijen, zoals het Zelfstandigenloket Flevoland. Ook met vrijwilligers wordt goed samengewerkt. Zo zit een MDF-medewerker 2 ochtenden in de week bij het Interkerkelijk Diaconaal Overleg (IDO), een vrijwilligersorganisatie van alle kerken in Lelystad. Beide organisaties vullen elkaar aan en verwijzen waar nodig naar elkaar door.
Niet veroordelend maar oplossingsgericht
Hoogveld is tevreden dat nu is gerealiseerd wat ze vroeger al wenste. ‘Mensen worden niet meer veroordeeld om hun schulden. De samenleving beseft steeds meer dat schulden de zichtbare uiting zijn van problemen die onder water spelen. Wel schamen mensen met schulden zich daar vaak nog voor. Ik kijk dan samen met iemand oplossingsgericht wat er wél kan en lukt. Dan merken mensen dat ze meer kunnen dan ze dachten en bloeien ze weer op. Dat maakt mijn werk zo mooi.’