Overslaan en naar de inhoud gaan

Met vaart, zo min mogelijk rompslomp en een hoop inlevingsvermogen naar een schuldregeling

HU-onderzoek 'Eerder uit de schulden, wat werkt?'

Met vaart, zo min mogelijk rompslomp en een hoop inlevingsvermogen naar een schuldregeling

13 mei 2024 Stabilisatie

Als schuldhulpverlener kun je zélf een hoop doen om te voorkomen dat mensen afhaken na een hulpvraag. Dat blijkt uit een nieuw rapport van de Hogeschool Utrecht over begeleiding bij de aanvraag van een schuldregeling: Hoe halen inwoners de startstreep?

Hoe voorkom je dat mensen al uitvallen voordat er een schuldregeling is? Van de mensen die zich aanmelden voor schuldhulp blijkt 40 procent al uit te vallen voordat de regeling van start gaat. Dat zorgt ervoor dat hun problemen alleen maar groeien: de financiële achterstanden lopen snel op.

In het kader van het onderzoek ‘Eerder uit de schulden: wat werkt?’, uitgevoerd door de Hogeschool Utrecht en bureau Bartels, namen deze onderzoekspartners de uitval in de instroomfase in vier gemeenten onder de loep. Daarnaast onderzochten ze of een andere aanpak leidt tot een hogere instroom in de schuldregeling. 

Regie geven

'Mensen stoppen voortijdig als ze het gevoel hebben dat ze geen regie hebben over hun eigen leven', weet Karen Stoffels, senior beleidsmedewerker van de NVVK. 'Budgetbeheer kan hen het gevoel geven dat ze de touwtjes niet meer zelf in handen hebben, bijvoorbeeld als er sprake is van verplicht beschermingsbewind of als er bemoeienis is rond iets als het hebben van huisdieren.' Ook teveel administratieve rompslomp of onverwachte financiële tegenslag kunnen ervoor zorgen dat hulpvragers afhaken.

Karen Stoffels-Montfoort_HR_IMG_8454_VK

Karen Stoffels

In Utrecht, een van de vier gemeenten uit het onderzoek, werd onderzocht of een andere aanpak leidt tot een hogere instroom in de schuldregeling. De onderzoekers keken naar de coronasanering die in 2021 werd ingevoerd. Wil je als schuldhulpverlener mensen met betalingsachterstanden toeleiden naar een schuldregeling, dan blijkt de juiste aanpak het verschil te maken.

Vaart houden

'Het rapport geeft daar goede tips voor', vindt Karen Stoffels. Ze noemt een paar voorbeelden: 'Zorg dat je de vaart erin houdt. Hoe sneller mensen in het traject terecht komen, hoe eerder ze het perspectief van een schuldenvrije toekomst voor zich zien. Zorg dat het op een zo menselijk mogelijke manier gebeurt. Als je je inleeft in mensen voelen ze zich niet veroordeeld, maar begrepen. Dat maakt een enorm verschil.'

Het kan bijvoorbeeld enorm helpen wanneer hulpvragers te maken hebben met hulpverleners die ervaringsdeskundige zijn. 'Als iemand zelf in de schulden gezeten heeft, weet je: die persoon weet precies wat ik nu doormaak.'

Helpen bij ordenen

Ook de omgang met de administratieve last is cruciaal. 'Als mensen te horen krijgen dat ze hun bankafschriften van de afgelopen drie maanden moeten aanleveren, kan dit al stress opleveren. Niet iedereen weet hoe ze dat moeten regelen of mensen hebben bijvoorbeeld geen printer. Als je als schuldhulpverlener aangeeft dat je daarbij kunt helpen, scheelt dat enorm. En hoe minder administratieve last, hoe sneller het traject ingezet kan worden. Mensen laten hun twijfels eerder varen en krijgen sneller het idee: dit gaat lukken, ik kan dit.'

Verkort traject

Het onderzoek leverde bovendien een interessant inzicht op over korte trajecten. 'Schuldeisers maken zich zorgen dat een kort traject ervoor zorgt dat schuldenaars eerder terugvallen', weet Karen. 'Maar onder mensen uit het onderzoek die een verkort traject doorlopen hebben (24 in plaats van 36 maanden), blijkt de terugval niet groter te zijn dan onder mensen die het hele traject hebben doorlopen. Omdat dit niet het onderwerp was van het onderzoek, is het slechts een voorzichtige conclusie. Maar het toont in elk geval wel aan dat de hypothese dat een verkort traject een hogere uitval oplevert, niet opgaat.'

Tegelijkertijd blijkt echter dat het kortere traject uit het onderzoek nog niet meteen méér mensen over de streep trok. Maar dat verbaast Karen niet: 'Het maakt nogal verschil wat je iemand aanbiedt. 'Het traject duurt 36 maanden, maar als je aan bepaalde voorwaarden voldoet, kan het ook in 24 maanden' – dat klinkt heel anders dan de situatie zoals die nu is: het traject duurt 18 maanden, punt. Dat laatste klinkt veel uitnodigender. Naar het effect van die verkorting moet wel nog meer onderzoek gedaan worden.'

Meer lezen

HU-bericht 'Begeleiding bij de aanvraag van een schuldregeling'

Hier het complete onderzoeksrapport 'Hoe halen inwoners de startstreep - begeleiding bij de aanvraag van een schuldregeling'

cover

Sleutelwoorden

Stabilisatie