Prof.dr. Jan Adriaanse over ondernemers met financiële problemen:
‘Goed luisteren is de eerste stap’
Hoe bereik je ondernemers met financiële problemen op tijd? Door angst of schaamte trekken zij vaak te laat aan de bel. Tijdens onze studiemiddag op 3 december spreekt wetenschapper Jan Adriaanse over wat kan helpen om (eerder) in gesprek te komen met ondernemers – en zo schuldsanering of faillissement te voorkomen.
Meld je hier aan voor deze boeiende studiemiddag!
Ondernemers houden vaak – ook voor zichzelf – lang vol dat het goed gaat met hun bedrijf, of dat het wel goedkomt. Daardoor kan het lastig zijn om ze (op tijd) te bereiken. De NVVK en de VNG organiseren daarom voor schuldhulpverleners en beleidsadviseurs van gemeenten een studiemiddag Ondernemers met financiële zorgen. Tijdens zijn lezing legt Jan Adriaanse (Leiden Law School) uit hoe je kunt in je ondersteuning kunt aansluiten bij ondernemers met financiële problemen.
Jan Adriaanse
Schaamte richting andere ondernemers
Adriaanse is hoogleraar turnaround management aan de Universiteit Leiden en verdiept zich in vragen als: waardoor komen bedrijven en ondernemers in zwaar weer terecht? Wat zouden ze moeten doen om weer succesvol te worden? En waarom doen ze dat niet altijd?
Tijdens zijn lezing vertelt hij onder andere over wetenschappelijk onderzoek waaraan hij meewerkte, in het kader van een project met de VNG, de Kamer van Koophandel, het Digitaal Ondernemersplein en de Belastingdienst. Het onderzoek onderstreept dat 'ondernemers met financiële zorgen vaak pas heel laat of niet aan de bel trekken. Vaak schamen ze zich, richting hun omgeving of richting andere ondernemers. Ze zijn bang dat anderen hen zullen veroordelen.'
Ook zijn ondernemers gewend om problemen zelf op te lossen. 'Ze hebben altijd een optimistische bias: de situatie zal vast wel beter worden. Daardoor negeren ze de eerste signalen van problemen vaak.' Ondernemers gaan door allerlei stadia heen voordat ze erkennen dat er een probleem is, weet Adriaanse: 'Shock, ontkenning, depressie, het lijkt op stadia die iemand in rouw ook doorloopt.' Volgens hem geldt dit net zo goed voor mensen die aan het hoofd van een grote onderneming staan als voor kleine ondernemers.
Externe factoren
Een grote rol speelt ook de externe druk die ondernemers kunnen ervaren. 'Onze maatschappij en het juridische systeem zijn zo ingericht dat mensen die iets fout doen – of vermeend fout doen – dat moeten rechtzetten. Bij ondernemers met financiële problemen gaat al snel het vingertje omhoog: u had eerder moeten ingrijpen. Zo krijgen mensen het gevoel dat het hun eigen schuld is.'
Natuurlijk zijn er ook ondernemers bij wie het ondernemerschap onvoldoende past en die hun bedrijf aanvankelijk vooral dankzij geluk en heel hard werken in de lucht konden houden. 'Het is heel moeilijk om in de spiegel te kijken en te erkennen dat je niet geschikt bent als ondernemer', weet Adriaanse. 'Maar vaak is er ook sprake van externe factoren, zoals covid, technologische veranderingen, politieke instabiliteit. Dat soort factoren kun je niet beïnvloeden.' Een oordelende houding maakt het dan volgens Adriaanse alleen maar erger. 'Dan sluiten ondernemers zich af, terwijl hulp juist op zo'n moment van grote waarde zou zijn.'
Veel ondernemers die meededen aan het onderzoek, gaven bovendien aan dat ze zich gecriminaliseerd voelen door het systeem. “Wanneer er een rechter of curator in het spel is, ervaren ze meteen al grote afstand.”
Verlammend effect
Ook is er angst voor het onbekende. Want wat betekent het als je je bedrijf moet opgeven? Misschien moet je in loondienst, of je gaat minder verdienen. Het is lastig voor ondernemers, die misschien jaren zelfstandig zijn geweest en een bedrijf draaiend hebben gehouden, om hiermee om te gaan. Adriaanse: 'Ze hebben angst voor die onbekende toekomst. Toch ken ik veel ondernemers die achteraf blij zijn dat ze zijn gestopt, en nu gelukkiger zijn en minder stress hebben als werknemer dan als ondernemer.'
Professionals die zich bezighouden met schuldhulpverlening moeten zich bewust zijn van de verlammende effecten die schaamte en angst kunnen hebben. Met zijn lezing wil Adriaanse handvatten geven om te weten waar je je op moet focussen wanneer je ondernemers wilt bereiken. 'Welke taal gebruik je bijvoorbeeld: is het niet te veel managementjargon? En: heeft het altijd zin om meteen met concrete adviezen te komen? Je kunt wel zeggen: bel de Belastingdienst, maar een ondernemer die nog in de ontkenningsfase is, zit daar vaak helemaal niet op te wachten. Dan is het belangrijk dat je goed luistert: waar praat deze ondernemer over, wat is het echte probleem?'
Luisterend oor
Onderdeel van het onderzoeksproject is daarom ook een communicatietoolkit met tips en richtlijnen voor de communicatie met ondernemers. Empathische communicatie kan helpen om de ondernemer over de streep te trekken. 'Als je een luisterend oor biedt en zoekt naar waar het probleem zit, kun je iemand makkelijker naar het juiste loket leiden', aldus Adriaanse. 'Erken ook de emoties en houd rekening met de stress waar de ondernemer mee te maken heeft. En maak duidelijk dat ze niet de enige zijn die hiermee kampen. Leg bijvoorbeeld uit dat er elk jaar zo'n 30.000 ondernemers zijn die soortgelijke problemen hebben. Dan voelt het minder eenzaam. Ondernemers zijn ook maar gewoon mensen.'
Beeld: Toolkit ondernemers (Belastingdienst, KVK en VNG)
De studiemiddag op 3 december begint met een lunch om 12.00 uur, het programma start om 12.30 uur. Na de lezing van Jan Adriaanse kunnen de deelnemers drie rondes workshops volgen. Een van de workshops gaat over de toolkit.